SCSN is een initiatief van verschillende partijen in de maakindustrie, zoals ERP-leveranciers, OEM'ers, grondstofleveranciers, toeleveranciers en kennisinstellingen, met als doel om gezamenlijk een standaard te delen voor data-uitwisseling voor bijvoorbeeld orderbevestigingen, pakbonnen en facturen.

Als je personeel uitzendt, uitleent of detacheert op de Nederlandse markt, kan een inlener vragen een g-rekening te openen. Een g-rekening is een geblokkeerde bankrekening. De g-rekening is gekoppeld aan een of meer loonheffingensubnummers en/of omzetbelastingsubnummers.

MKG hanteert binnen de meeste modules een opbouw in header en regels. In een header vind je de algemene informatie, zoals een verkoopordernummer of de debiteurnaam. Hier staat de informatie die geldt voor de gehele order. Een regel bevat de details van een specifiek item, zoals de hoeveelheid, de prijs, de korting of de btw. Een order of transactie kan meerdere regels hebben, afhankelijk van het aantal items dat erin is opgenomen.

Een memoriaalboeking kan verwijzen naar een boekhoudkundige transactie die niet direct verband houdt met dagelijkse operationele activiteiten, maar eerder een 'memorandum' of herinnering is van een financiële gebeurtenis. Het kan worden gebruikt voor niet-reguliere of niet-routineuze transacties.

Een journaalpost is een specifieke boekhoudkundige registratie binnen MKG die wordt gebruikt om een financiële mutatie vast te leggen. Het is een gedetailleerde boekhoudkundige notitie die de debet- en creditvermeldingen specificeert om de financiële impact van een transactie op de grootboekrekeningen van een bedrijf weer te geven.

Een financiële mutatie verwijst naar elke financiële transactie of gebeurtenis die plaatsvindt binnen MKG. Dit kan elke vorm van financiële activiteit omvatten, zoals het plaatsen van een bestelling, het ontvangen van een betaling van een klant, het betalen van leveranciers, salarisbetalingen en meer.

Directe kosten zijn kosten die direct toewijsbaar zijn aan een product of dienst. Dit betekent dat de kosten rechtstreeks verband houden met de productie van een specifiek product of de levering van een specifieke dienst. Voorbeelden van directe kosten zijn directe arbeidskosten, zoals uren, directe materiaalkosten en directe productiekosten. In tegenstelling tot indirecte kosten, kunnen directe kosten gemakkelijk worden toegewezen aan een specifiek product of een specifieke dienst.

Het urenrendement verwijst naar de reële arbeidsuren die worden besteed aan de productie van goederen of diensten in verhouding tot de geplande arbeidsuren. Het wordt vaak gebruikt als een maatstaf voor de efficiëntie van de productieprocessen en kan worden berekend door het aantal daadwerkelijk bestede arbeidsuren te delen door het aantal geplande arbeidsuren. Een hoog urenrendement duidt op een efficiënt gebruik van arbeid, terwijl een laag urenrendement kan wijzen op inefficiëntie of vertragingen in het productieproces.

Productiviteit is een maatstaf die aangeeft hoeveel output kan worden geproduceerd met een bepaalde input. Output verwijst meestal naar de totale productie of toegevoegde waarde van een bedrijf, een sector of de gehele economie. De input kan worden onderverdeeld in arbeid, kapitaal en het intermediair verbruik, dat het gebruik van energie, materiaal en diensten omvat. Er zijn verschillende soorten productiviteit, zoals arbeidsproductiviteit, kapitaalproductiviteit en multifactorproductiviteit. Arbeidsproductiviteit meet de hoeveelheid output per eenheid arbeid.

De man-machineverhouding (MMV) is de verhouding tussen het aantal uren dat een machine kan draaien met of zonder operator. Stel, er is voor elk machine-uur een half manuur nodig, dan is de man-machineverhouding 0,5 (ook wel: man per machine). In MKG geef je in de tabel 'Bewerkingen' de MMV in bij elke bewerking.

Bij dekking gaat het om het dekken van je directe en indirecte kosten aan de hand van je kostprijs. Het doel is om een kostprijs te gebruiken die alle gemaakte en te maken kosten dekt.

Uren die een medewerker werkt boven de contractueel vastgelegde of standaard geplande werktijd, noemen we overwerk. In ERP-software wordt overwerk vaak apart geregistreerd voor loonberekening, kostenallocatie en capaciteitsanalyse. Het kan worden vastgelegd met specifieke urencodes en kan extra toeslagen of hogere kostprijzen genereren in productie- en projectrapportages.

Met behulp van productielocaties kunnen productieorderregels en bewerkt materiaal tijdens het productieproces getraceerd worden. Een productiemedewerker weet zo altijd waar de halffabricaten en/of het bewerkte materiaal na de voorgaande bewerking zijn neergelegd.

BBO staat voor Budgetteren, Bewaken, Optimaliseren. BBO helpt je om je inzicht in de financiële situatie van je bedrijf te vergroten en stelt je beter in staat om je kostprijs te bepalen. Door je uren en je kosten nú te budgetteren heb je je bedrijfskosten het komende jaar volledig gedekt door de directe en indirecte uren en houd je de aansluiting tussen het orderresultaat en het bedrijfsresultaat.

Een procestabel, zoals een verkooporder en verkoopofferte, kan in MKG het label 'Historisch' krijgen. Een header wordt historisch als alle regels onder de header historisch zijn. Een regel wordt historisch als deze volledig afgewerkt is. Dit gebeurt over het algemeen wanneer een eindstatus bereikt is.

'In calculatie nemen' is een actie die je uitvoert in de verkoopofferteregel. Door deze actie uit te voeren maak je een calculatie aan, waarbij de gegevens worden meegenomen vanuit de offerteregel. De status van de offerteregel verandert door deze actie standaard van 'Aangemaakt' in 'In calculatie'. De actie voer je uit in de aangemaakte offerteregel zelf of via de Actielijst Verkoopoffertes.

'Aanbieden' is een actie die je uitvoert in de verkoopofferteregel. Door deze actie uit te voeren genereer je het standaard rapport 'Verkoopofferte (8400)'. De status van de offerteregel verandert door deze actie standaard van 'Aangemaakt' of 'Calculatie gereed' in 'Aangeboden'. De actie voer je uit in de offerteregel zelf of via de Actielijst Verkoopoffertes.

In een aantal vensters van MKG kan worden aangegeven of het gaat om een actief of niet-actief record. Voorbeelden hiervan zijn artikelen, relaties en medewerkers. Door het vakje 'Actief' uit te vinken worden records niet meer getoond in zoeklijsten. De opgebouwde historie blijft bestaan, maar de lengte van keuzelijsten kan hiermee worden verkort. Tevens worden deze records niet meer in zoeklijsten getoond wanneer het filter 'Actueel' actief is.

Om ervoor te zorgen dat belangrijke velden altijd ingevuld of niet over het hoofd gezien worden heeft MKG de mogelijkheid om vensters binnen een aantal modules te voorzien van 'initiële waarden': in velden wordt standaard een waarde of juist geen waarde ingevoerd. Wanneer de initiële waarden zijn opgeslagen, worden deze gebruikt bij het aanmaken van een nieuw record in de betreffende tabel. Het sleutelveld van het venster krijgt de tekst "INITIEEL". Op dat moment kunnen in de beschikbare velden standaardwaarden worden ingevuld of verwijderd.

Een halffabricaat is een product dat al gedeeltelijk is bewerkt, maar nog verdere bewerkingen moet ondergaan voordat het als eindproduct kan worden verkocht. In ERP-software wordt het vaak geregistreerd als een tussenproduct in de productieflow, met eigen artikelnummer, voorraadpositie en kostprijs, en kan het zowel intern worden gebruikt in vervolgbewerkingen als worden verkocht als zelfstandig product.